Als leider het eerste woord hebben in plaats van het laatste
Van de week deed ik met een van de deelnemers in de online workshop “Zo sturen dat mensen hun autonomie benutten” de heldenoefening. De vraag was wie voor haar een voorbeeld was in leiderschap. Wie zou zij zelf willen volgen? Zij vertelde over de leider die in haar een leider zag. Ik vroeg wat maakte dat hij voor haar een voorbeeld was. Zij antwoordde onder andere dat hij niet vond dat hij altijd het laatste woord moest hebben. “Wat heeft hij dan wel?” vroeg ik door. “De vragen, waardoor het uit het team komt” reageerde zij na enig nadenken. Daardoor viel bij mij een kwartje. Het gaat bij leiderschap natuurlijk om het eerste woord en nooit om het laatste woord.
Wat het zegt als je het laatste woord moet hebben
“En toch doen we het zoals ik het wil.” Dat is het beeld dat ik heb bij ‘het laatste woord hebben’. Het kan op het eerste gezicht gezien worden als een teken van leiderschap dat iemand de eindbeslissing neemt en bepaalt wat en hoe zaken gebeuren. Als je er wat langer bij stilstaat, dan heb je het vooral nodig op het moment dat anderen van mening zijn dat een ander besluit beter is. Blijkbaar weet je dan als leider mensen niet mee te krijgen. Kortom: ‘het laatste woord moeten hebben’ is dan een teken van onmacht. Waarin toont ‘het eerste woord hebben’ zich dan als een teken van leiderschap?
Wat je zegt met eerste woorden van welkom
Je kunt met je eerste woorden anderen welkom heten. “Fijn dat jullie er zijn.” Daarmee zeg je dat je blij bent met hun aanwezigheid. Je benadrukt dat zij belangrijk zijn voor jou en voor de bijeenkomst. Daarnaast kun je mensen het gevoel geven dat zij helemaal oké zijn. Alles wat zij gaan zeggen en inbrengen is prima en zal op de een of andere manier van waarde zijn. Je hebt hen niet voor niets erbij gevraagd.
Wat je zegt met eerste woorden over je intentie
Als leider is het belangrijk dat je aan het begin van een gesprek of een bijeenkomst de toon zet. Dat kun je bijvoorbeeld doen door je intentie uit te spreken. Bijvoorbeeld: “We gaan de ontstane situatie bespreken en ik ben heel nieuwsgierig naar hoe jullie het ervaren. Ik wil graag begrijpen wat voor jullie nu belangrijk is. Door ieders belang te onderzoeken, wil ik met jullie ontdekken wat gezamenlijke oplossingen kunnen zijn.” Je geeft daarmee weer met welke houding je het gesprek in stapt. Omdat anderen de neiging zullen hebben om dat te spiegelen, ben je bepalend voor de sfeer van het gesprek.
Wat je zegt met eerste woorden over de bedoeling
Gesprekken en bijeenkomsten hebben een bepaalde bedoeling. Waar intentie meer de gesprekshouding schetst, geeft de bedoeling vooral focus. Bijvoorbeeld: “In dit gesprek gaan we de progressie evalueren die je het afgelopen half jaar gemaakt hebt. Daarbij is het de bedoeling dat je helder krijgt hoe je dat gelukt is, zodat je meer inzicht krijgt in je mogelijkheden. Daarnaast: welke verlangens roept dat op? Waar zou je je de komende periode op willen richten in je ontwikkeling?” Als je mensen vervolgens mee wilt krijgen, is het belangrijk om de bedoeling verder af te stemmen. “Als ik dit zo schets, wat is dan voor jou belangrijk om te bespreken?” Omdat je vooraf duidelijk bent geweest, kun je makkelijker sturen op de bedoeling. Als het antwoord van de ander nog niet lijkt aan te sluiten, zou je kunnen vragen: “En waarom is het voor jouw ontwikkeling belangrijk om dat te bespreken?”
Wat je zegt met eerste woorden over het proces
Als je als leider wilt dat je te volgen bent, is het belangrijk dat je mensen meeneemt in het proces. Wat gaan we doen en bespreken? Op welke manier gaan we dat doen? Wat zijn de spelregels? Als je de grote lijn schetst, weten mensen wanneer ze ergens duidelijkheid over krijgen en kunnen ze makkelijker leven met uitgestelde antwoorden. Als je bij iedere stap de werkwijze uitlegt, creëer je mandaat om het proces te sturen door het hanteren van de spelregels. Dan kun je bij een brainstorm bijsturen door te zeggen: “We gaan straks reageren op de ideeën. Nu mag nog ieder idee geroepen worden, ook de meest wilde ideeën.”
Waardoor je steeds mag sturen met je vragen en conclusies
Als je als leider het eerste woord wil hebben, dan vraagt dat voorbereiding. Het vraagt stil staan bij de aanwezigen, bij wat jij graag in gezamenlijkheid met hen wil bereiken en op welke manier. De eerste woorden kun je voorbereiden. Daarna kun je achteroverleunen en de ruimte bieden aan de anderen voor hun inbreng. Door je eerste woorden zal helder zijn waarom je bepaalde vragen stelt en hoe je anderen helpt met de conclusies die je trekt. Op deze wijze heb je steeds invloed op het proces en kun je in alle vertrouwen de inhoud in de handen van anderen laten. Het is dan niet meer nodig om het laatste woord te hebben. En als je dat toch wilt hebben, laten het dan woorden van waardering en dankbaarheid zijn.
Deel deze pagina met je netwerk:
Helemaal eens met je visie ‘het laatste woord’. Op één punt na. Het effect van een gesprek is sterker als de gespreksleider, bij wijze van laatste woord, de afspraken samenvat. Dus wel het laatste woord. Maar dan anders.
Hoi Ans, bedankt voor je mooie aanvulling. Het lijkt mij zeker handig dat een gespreksleider afspraken samenvat. Als laatste woord lijkt mij dat wel wat zakelijk. Zelf vind ik het bijvoorbeeld fijn om daarna nog te vragen: wat hebben jullie gewaardeerd aan dit gesprek (of bijeenkomst?).