Het essentiële verschil tussen aanpassen en aansluiten
“Ik moet mij de hele tijd aan anderen aanpassen! Ik word daar toch zo doodmoe van!” Ken je die frustratie? Hoor je dat anderen wel eens zeggen? Of roep je het zelf wel eens uit? Wat er dan aan de hand is, is dat je anderen tegemoetkomt en tegelijkertijd jezelf tekortdoet. En daar doe je anderen ook tekort mee. Want niemand is er echt blij mee als je iets doet voor een ander terwijl je dat helemaal niet zo wilt. Tegelijkertijd leggen we elkaar ook het nodige op. Wat zou er gebeuren als we ons richten op ‘aansluiten’ in plaats van ‘aanpassen’?
Aanpassen is ‘normaal’
Van jongs af aan krijg je mee dat het normaal is om je aan te passen aan de normen van een systeem zoals een groep, de organisatie of de maatschappij. Het is ook iets dat we best wel willen, want we hebben de behoefte om ergens bij te horen en dan hoort het erbij dat je je aan bepaalde zaken conformeert. Ieder systeem onderhoudt de normen ook, want er is een consequentie wanneer mensen zich onaangepast gedragen. Kinderen die zich in de klas niet gedragen, worden niet alleen door de juf of meester gecorrigeerd, maar vaak ook door klasgenoten. Jezelf zijn kan, binnen bepaalde grenzen.
Aanpassen is dwingend
In onze taal gaat het woord ‘aanpassen’ vaak gepaard met het woord ‘moeten’. Het is iets dat we anderen opleggen, of we hebben het gevoel dat het ons wordt opgelegd. Het heeft iets dwingends. Daarbij gaat het meestal ook ten koste van iets. Dat wordt ook duidelijk als je het visueel maakt. Als een vierkant niet door een rond gat past, dan is er een vorm van geweld nodig om het er toch doorheen te krijgen. We ervaren dan ook vaak dat er iets verloren gaat als we ons aan moeten passen. Zo zijn er de nodige docenten die het gevoel hebben dat er wat van hun passie en ambacht verloren gaat als zij hun onderwijs moeten aanpassen aan de huidige ontwikkelingen. Het idee dat je je aan moet passen, roept dan weerstand en verzet op.
Aanpassen is soms ook passen
Het aanpassen wordt niet per se door anderen opgedrongen. Het is vaak iets dat we onszelf opleggen. We zijn sociale wezens en vinden het belangrijk om rekening met anderen te houden. Het kan zijn dat we anderen van dienst willen zijn. Het kan ook zijn dat we de sfeer goed willen houden. Dat zijn in beginsel constructieve redenen. Toch merk je dat je vaak jezelf geweld aan doet als je daardoor sterk gericht bent op aanpassen. Dan uit het zich geregeld in ‘ik pas even’, wat betekent dat je dan dingen niet doet die je wel belangrijk. Dan zeg je toch maar niets tijdens de vergadering om de sfeer goed te houden. En als je denkt in ‘of-of’, dan doe je iets dat jij graag wilt toch maar niet, omdat je bijvoorbeeld denkt dat het haaks staat op wat je collega wil. Zolang daar positieve zaken tegenover staan, gaat dat prima. Zodra je het gevoel krijgt dat je je te veel moet aanpassen, gaat het zich wreken in je energie en word je er moe en ongelukkig van.
Aansluiten is actief
Gelukkig kunnen we vanuit bovenstaande motieven constructief blijven als we ons richten op ‘aansluiten’ in plaats van ‘aanpassen’. Aansluiten is actief en gericht op wat je wel kan doen. Als we bij de ander aansluiten, dan zijn we nieuwsgierig naar wat de ander beweegt. Dan onderzoeken we welke behoefte deze heeft en waarom dat belangrijk is. Zo komt aan het licht hoe wij daarbij kunnen aansluiten met wat wij zelf graag willen. Als docenten onderzoeken wat leerlingen belangrijk vinden en waar hun interesses liggen, dan komen de mogelijkheden in beeld om het vak aan te bieden op een manier die bij hen aansluit. Als schoolleiders de wensen en verlangens van leerkrachten bevragen, dan wordt zichtbaar hoe veranderingen en ontwikkelingen hen juist gaan helpen om het werk met plezier te doen.
Aansluiten doe je vanuit eigenwaarde
Wanneer wij de behoefte van anderen erkennen, creëren we de condities waaronder onze eigen wensen en verlangens erkend kunnen worden. Zo ontstaat er ruimte om in ‘en-en’ te denken. Dan kunnen we anderen van dienst zijn op de manier waarop we dat het liefste doen. Dan kunnen we in de samenwerking bieden wat voor zowel de ander als onszelf van waarde is. Aansluiten gaat over het maken van de connectie met de ander vanuit je geloof in je eigenwaarde. Dan doe je jezelf geen geweld aan. Dan doe je zowel jezelf als de ander recht mee. Dan kan je bijvoorbeeld de meest geweldige lessen geven door aan te sluiten bij de verschillende leerstijlen van leerlingen. En als schoolleider kan je vernieuwing op gang brengen door te erkennen wat belangrijk is voor docenten om te behouden. Aansluiten levert energie en plezier op!
Deel deze pagina met je netwerk: